Alles wat u moet weten over de ‘Noodmaatregel Overbrugging voor behoud van Werkgelegenheid’

Allereerst: wat kunt u alvast doen ter voorbereiding?

De volgende gegevens verzamelen:

• de loonheffingennummers van de rechtspersoon/rechtspersonen die gebruik willen maken van de NOW-regeling
• de volledige omzet over het jaar 2019, te vinden in de (geconsolideerde) jaarrekening
• een cijfermatige prognose van de omzet over de maanden maart, april en mei 2020
• de volledige loonsom van de werknemers in de maanden maart, april en mei 2020.
• De betaalde loonsom over de maand januari 2020

Hoe vraag ik de NOW aan en wat zijn de tijdslijnen?

1. U kunt een digitale aanvraag via het werkgeversportaal bij het UWV indienen vanaf dinsdag 14 april 2020. Mogelijk – dat horen we vrijdag 3 april – staat de aanvraag per 6 april 2020 open. Een accountantsverklaring is niet vereist als u een aanvraag doet voor een voorschot.
2. Binnen 2 tot 4 weken (streven) vanaf de ontvangst van een volledige aanvraag betaalt het UWV u een (eerste) voorschot ter grootte van 80%, gebaseerd op het loon van januari 2020. Het voorschot wordt in drie termijnen betaald. Dit voorschot wordt aan de hand van de navolgende rekenmethode bepaald:  

“% verwachte omzetdaling x loonsom januari 2020 x 3 x 1,3 x 0,9.”

Voorbeeld: stel u heeft in 2019 een omzet van € 2.000.000. De loonsom over januari 2020 bedraagt € 200.000 x 3 x 1,3 = € 780.000. Stel de omzet daalt naar verwachting met 50%. De compensatie bedraagt dan: 50% x 90% x € 780.000 = € 351.000,-. Het voorschot (x 0,8) bedraagt dan € 280.800,-.

• Als werkgever vraagt u de NOW aan per loonheffingennummer. De loonsom zal dus vastgesteld worden per loonheffingennummer.
• U moet binnen 22 weken na de meetperiode (van de omzet) het UWV verzoeken om vaststelling van de subsidie. U ontvangt vervolgens de subsidiebeschikking. Tegen deze beschikking staat bezwaar en eventueel beroep open.
• De regeling geldt in beginsel tot en met 31 mei 2020. Dit betekent dat de compensatie in ieder geval voor drie (3) maanden kan worden aangevraagd. Vóór 1 juni 2020 wordt besloten of en zo ja, onder welke voorwaarden, de noodmaatregel verlengd wordt.  
• Bij het vaststellen van het voorschot en de daadwerkelijke subsidie/compensatie wordt zo veel mogelijk uitgegaan van informatie die al bij UWV bekend is. Bij de definitieve vaststelling van de subsidie, na afloop van de subsidieperiode, wordt de loonsom van januari 2020 vergeleken met de loonsom van de maanden maart 2020 tot en met mei 2020. Als de loonsom gedaald is, wordt de subsidie ook lager. Bij de daadwerkelijke bepaling van de toekenning/ nacalculatie, wordt uitgegaan van de volgende formule:

“% werkelijke omzetdaling x loonsom 1 maart 2020 – 31 mei 2020 x 1,3 x 0,9”

N.B.: Een lagere loonsom kan leiden tot een lagere subsidie. Een hogere loonsom heeft geen verhoging van de subsidie tot gevolg.

1. In beginsel is een accountantsverklaring wel vereist bij het verzoek tot het vaststellen van de definitieve subsidie. Er wordt nog duidelijkheid gegeven onder welke grens van het subsidiebedrag een accountantsverklaring niet is vereist.
2. Bij controle van aanvragen zal gebruik gemaakt worden van gegevensuitwisseling tussen het UWV en de Belastingdienst. UWV heeft de mogelijkheid te veel verstrekte subsidie terug te vorderen. Bij fraude kan UWV aangifte doen bij het Openbaar Ministerie.

Aan welke voorwaarden moet zijn voldaan, ofwel: hoe toetst het UWV?

Omzetvermindering

1. U dient aannemelijk te maken dat u naar verwachting in een aaneengesloten periode van drie maanden, te rekenen vanaf 1 maart 2020, of 1 april 2020 of 1 mei 2020, ten opzichte van de referentie-omzet uit 2019 (zie hierna voor een nadere toelichting) tenminste 20% omzetverlies lijdt. De reden van de omzetdaling hoeft niet aangetoond te worden.
2. Ter zake het begrip “omzet” dient gekeken te worden naar de wijze waarop de omzet is berekend volgens de jaarrekening(en). Uw accountant kan dit voor u inzichtelijk maken.
3. Er wordt uitgegaan van de netto-omzet: de opbrengst uit levering van goederen en diensten uit het bedrijf van de rechtspersoon onder aftrek van kortingen en over de omzet geheven belasting.
4. De noodmaatregel houdt geen rekening met seizoensinvloeden.
5. Grote en middelgrote rechtspersonen hebben hun netto-omzet veelal paraat. Middelgrote rechtspersonen moeten een verhoudingscijfer publiceren dat de netto-omzetontwikkeling ten opzichte van het voorgaande jaar weergeeft.
6. Als u onderdeel van een concern bent dan moet u dus de omzet van de groep of verbonden rechtspersonen tezamen opgeven om te bepalen of u in aanmerking komt voor de NOW. De werkgevers in de groep moeten dus hetzelfde percentage verwachte omzetdaling en dezelfde meetperiode kiezen. U moet wel per loonheffingennummer een aanvraag doen. Zorg dus dat u binnen de groep of de verbonden rechtspersonen hier vooraf een goede keuze in maakt. 
7. Kleine ondernemers mogen de omzet hanteren die zij ook gebruiken voor de IB-aangiften.
8. De “referentie-omzet” is 25% van de omzet over 2019. Ofwel: Uitgangspunt is dat de referentieperiode de omzet van januari tot en met december 2019 betreft en dat gedeeld door vier.

Loonkosten

De tegemoetkoming in de loonkosten heeft betrekking op de loonkosten tussen maart en mei 2020, ongeacht over welke van driemaandsperioden (meetperiode) de omzet is bepaald.

1. De hoogte van de tegemoetkoming in de loonkosten is afhankelijk van de terugval in omzet, maximaal 90% van de loonsom.
2. Hieronder enkele voorbeelden van hoe de relatie tussen omzetdaling en hoogte van de tegemoetkoming uitwerkt:
   • indien 100% van de omzet wegvalt, bedraagt de tegemoetkoming 90% van de loonsom van een werkgever;
   • indien 50% van de omzet wegvalt, bedraagt de tegemoetkoming 45% van de loonsom van een werkgever;
   • indien 25% van de omzet wegvalt, bedraagt de tegemoetkoming 22,5% van de loonsom van de werkgever.
3. Het UWV hanteert een opslag van 30% bovenop de loonsom (bijvoorbeeld in verband met pensioenpremies, verzekeringspremies en opbouw vakantiegeld).
4. Ingeleende krachten (zoals payroll- en uitzendkrachten) tellen niet mee in de loonsom van het bedrijf waar ze de werkzaamheden verrichten.
5. De loonsom bestaat uit het loon waarover de premies werknemersverzekeringen worden afgedragen, het SV-loon (loon uit tegenwoordige dienstbetrekking). Het UWV gebruikt daarbij meestal de loonsom van januari 2020. Het loon van alle werknemers die in januari 2020 bij de aanvrager in dienst waren tellen hierin mee.
6. Er geldt een maximering per werknemer per maand van € 9.538 (2 x maximum premieloon).
7. Tot de loonsom worden niet de werkgeversbetalingen voor uitkeringen gerekend. Deze krijgt de werkgever immers al vergoed via UWV. De eventuele betaling van vakantiebijslag telt ook niet mee in de loonsom.
8. De werkgever heeft naast het loon te maken met andere kosten voor de werknemers, zoals bijvoorbeeld pensioenpremies (zowel het werkgeversdeel als het werknemersdeel), premies voor de werknemersverzekeringen en (in veel gevallen) een reservering voor het uitbetalen van vakantiegeld.
9. Als er in januari uitkeringen waren inbegrepen in de loonsom (bijvoorbeeld ZW-uitkeringen bij een no-riskpolis, die de werkgever van het UWV vergoed krijgt), worden die niet meegenomen in de loonsom.
10. Als er vakantiebijslag is uitbetaald door een werkgever die vakantiebijslag reserveert, wordt dat vakantiegeld niet meegenomen in de loonsom (in de opslag voor werkgeverskosten van 30% zit de vakantiebijslag namelijk al inbegrepen).
11. Als er vakantiebijslag is uitbetaald door een werkgever die géén vakantiebijslag reserveert (bijv. all-inverloning), wordt daarvoor gecorrigeerd om te voorkomen dat de vakantiebijslag via de opslag van 30% dubbel vergoed wordt.
12. De werkgever heeft naast het loon te maken met andere kosten voor de werknemers, zoals bijvoorbeeld pensioenpremies (zowel het werkgeversdeel als het werknemersdeel), premies voor de werknemersverzekeringen en (in veel gevallen) een reservering voor het uitbetalen van vakantiegeld. Ook deze kosten worden vergoed. Een individuele berekening daarvan is niet mogelijk voor de NOW.

Waar dient u als werkgever op te letten?

1. Werkgevers betalen het loon aan betrokkenen werknemers in principe 100% door als zij gebruik maken van de tegemoetkomingsregeling. In de NOW-regeling is dit geformuleerd als inspanningsverplichting (werkgever is verplicht de loonsom “zoveel mogelijk gelijk te houden”).
2. Tijdens de drie maanden periode van gebruik NOW geldt een verbod om ontslagvergunningen bij het UWV WERKbedrijf aan te vragen op grond van bedrijfseconomische redenen. Ontslagaanvragen die bij het UWV WERKbedrijf zijn ingediend in de periode van 1 maart tot en met 17 maart 2020 vallen buiten het verbod. Ontslagaanvragen die vanaf 18 maart 2020 (tot en met 31 mei 2020) zijn of worden ingediend bij het UWV WERKbedrijf vallen wel onder het verbod. U dient deze bij een beroep op de NOW binnen 5 dagen na inwerkingtreding van de NOW bij het UWV WERKbedrijf in te trekken. De sanctie is korting en correctie op de hoogte van de subsidie, hier onder punt 3 uitgewerkt.
3. Bij de vaststelling van de subsidie wordt vastgesteld wat het loon is van de werknemers voor wie ontslag is aangevraagd. De hoogte van de totale loonsom wordt verhoogd met 50%. Het totale loon plus 50% verhoging wordt in mindering gebracht op de totale loonsom waarop de uiteindelijke hoogte van de subsidie op wordt gebaseerd, ook indien het UWV WERKbedrijf de gevraagde toestemming niet heeft verleend.
4. Proeftijdontslagen, regelingen met wederzijds goedvinden, arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd die van rechtswege eindigen dan wel beëindigingen op andere gronden dan de bedrijfseconomische grond zijn nog steeds mogelijk.  
5. De compensatie/ subsidie dient uitsluitend aangewend te worden voor betaling van de loonkosten.
6. Er geldt een informatieverplichting ten aanzien van een eventuele OR of PVT en – indien geen sprake is van een OR of PVT – de werknemers.

Wat u verder nog moet weten

Geldt de NOW ook voor uw zieke werknemers?

Het loon van alle verzekeringsplichtige werknemers telt mee bij de berekening van de loonsom mits ze worden doorbetaald, dus ook de loonsom van zieke werknemers, er vanuit gaande dat geen sprake is van eigenrisicodragers. Voor eigenrisicodragers voor de ZW ligt het genuanceerder, aangezien dat wordt gezien als loon uit vroegere dienstbetrekking. In dat geval zal bepaald moeten worden of u onder de overgangsregeling valt.

Geldt de NOW ook voor uw werknemers met een flexibel contract?

De nieuwe tegemoetkomingsregeling is ook van toepassing op de loonkosten voor werknemers waarvoor de werkgever geen loondoorbetalingsplicht heeft, waaronder oproepkrachten. De NOW stimuleert de werkgever hiermee om in de situatie waar geen loondoorbetalingsverplichting bestaat op grond van de wet, toch coulancehalve het loon door te betalen (dan wel op grond van een beroep “arbeidsomvang vermoeden” van de oproepkracht indien al drie maanden is gewerkt). Kiest u ervoor om de lonen van werknemers met flexibele arbeidsomvang door te betalen ter hoogte van het gemiddelde loon in januari 2020 (of, als daar geen gegevens over beschikbaar zijn, november 2019), dan tellen deze lonen mee bij de vaststelling van de subsidie.

Kunt u als uitzend- of payrollwerkgever een beroep doen op de NOW?

Ja, de NOW geldt ook voor uitzendkrachten, met of zonder uitzendbeding. Ook voor hen kan de uitzendwerkgever via de NOW een tegemoetkoming krijgen. De aanvraag moet dus worden ingediend door het uitzendbureau. Voor uitzendwerkgevers gelden dezelfde voorwaarden als voor reguliere werkgevers. De NOW-regeling geldt ook voor payrollwerkgevers.