Lammers | Thijssen Advocaten Arbeidsrecht

Werknemer krijg geen kans functioneren te verbeteren: billijke vergoeding toegekend

Werknemer is sinds juni 2015 werkzaam bij werkgever. Nog geen drie maanden later doet werkgever aan werknemer een voorstel tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden. Er zou geen match zijn volgens werkgever. De werknemer gaat in eerste instantie akkoord, maar na nogmaals juridisch advies te hebben ingewonnen, ontbindt werknemer de vaststellingsovereenkomst tijdig op grond van de wettelijke bedenktermijn van veertien dagen.

De werkgever resteert niets anders dan een ontslagprocedure te starten en vraagt ontbinding primair op grond van artikel 7:669 lid 3 onderdeel h BW (‘overige gronden’), subsidiair op grond van artikel 7:669 lid 3 onderdeel g BW (‘verstoorde arbeidsverhouding’).

Het verweer van werknemer strekt primair tot afwijzing van het verzoek. Subsidiair verzoekt werknemer een billijke vergoeding toe te kennen van € 100.000 bruto.

De kantonrechter te Dordrecht oordeelt op 11 december 2015 als volgt. Werkgever heeft aangevoerd dat sprake is van een verschil van inzicht over het te voeren beleid en dat sprake is van een verstoorde arbeidsrelatie. Dit betreft gronden die juist wel onder de andere ontslaggronden van artikel 7:669 lid 3 BW vallen, zodat het verzoek niet op de h-grond kan worden toegewezen. Wel is sprake van een verstoorde arbeidsrelatie ex artikel 7:669 lid 3 onderdeel g BW, zodat de arbeidsovereenkomst op die grond wordt ontbonden. Herplaatsing is om deze reden ook niet aan de orde.

Dat werknemer verder na het sluiten van de vaststellingsovereenkomst gebruik gemaakt heeft van de wettelijke mogelijkheid om de overeenkomst buitengerechtelijk te ontbinden (art. 7:670 BW), maakt niet dat sprake is van misbruik van het gebruik van de wettelijke bedenktijd.

Ten aanzien van de door de werknemer gevorderde billijke vergoeding wordt geoordeeld dat sprake is van ernstig verwijtbaar handelen van werkgever, omdat werkgever werknemer niet de mogelijkheid heeft geboden zich te verbeteren of inspanningen heeft verricht de arbeidsverhouding te herstellen. Er wordt een billijke vergoeding van € 10.000 bruto toegekend aan de werknemer.