Lammers | Thijssen Advocaten Arbeidsrecht

Eerste ontbindingsuitspraken Wet Werk en Zekerheid gepubliceerd

Een uitdrukkelijk beroep op een van de wettelijke beëindigingsgronden van artikel 7:669 lid 3 van het Burgerlijk Wetboek is niet nodig, zolang maar duidelijk is dat het om een bepaalde wettelijke grond gaat, aldus de kantonrechter Leeuwarden op 22 juli 2015.

Op dezelfde dag als de hierboven genoemde uitspraak oordeelde de kantonrechter Leeuwarden in een ontbindingszaak het volgende.

Een werkgever verzocht ontbinding van een arbeidsovereenkomst wegens disfunctioneren van een schooldirecteur in het basisonderwijs. Volgens de kantonrechter was er sprake van een redelijke grond voor ontbinding als bedoeld in artikel 7:671b lid 1 onderdeel a van het Burgerlijk Wetboek jo. artikel 7:669 lid 3 onderdeel d van het Burgerlijk Wetboek. De werkgever had geen mogelijkheid de werknemer te herplaatsen binnen een redelijke termijn. De ontbinding werd toegewezen.

Verder oordeelde de kantonrechter dat er op basis van het nieuwe ontslagrecht slechts twee vergoedingen aan een werknemer toegekend kunnen worden: (1) een transitievergoeding en (2) een billijke vergoeding. De werkgever had toegelicht dat ten gevolge van het Besluit overgangsrecht transitievergoeding geen transitievergoeding verschuldigd was. Toekenning van een billijke vergoeding aan de werknemer is – behoudens uitzonderingsgevallen – alleen mogelijk als er sprake is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever. Volgens de kantonrechter was hiervan geen sprake, zodat de grondslag ontbrak voor het toewijzen van de door de werkgever aangeboden vergoeding van € 5.000,00 voor outplacement en/of scholing.

Deze uitspraken bevestigen dat het voor zowel werkgevers als werknemers belangrijk is om over een deugdelijk dossier te beschikken. Niet alleen om in een procedure succes te behalen, maar ook om – ter voorkoming van een procedure – in der minne tot een oplossing te komen.

Wij begeleiden u graag bij het opbouwen en/of beoordelen van uw dossier.