Beoogde hervormingen arbeidsmarkt vanaf 2023
Volgens de regering moet de arbeidsmarkt worden herzien om deze toekomstbestendig te maken. De Minister van SZW heeft op 5 juli 2022 naar aanleiding van het coalitieakkoord concrete plannen bekend gemaakt, waaronder het afschaffen van nul-urencontracten. De plannen kunnen voor werkgevers dus grote gevolgen hebben.
Hieronder een beknopt overzicht van de belangrijkste zaken die de regering van plan is door te voeren:
- Arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd wordt het uitgangspunt. Om deze overeenkomst voor werkgevers ‘wendbaar’ te houden denkt de regering aan (1) het bevorderen dat van-werk-naar-werktrajecten worden ingezet bij het beëindigen van een arbeidsovereenkomst, (2) een deeltijd-WW en (3) de re-integratie in het tweede ziektejaar in lijn met de MLT-advies in principe alleen richten op re-integratie bij een andere werkgever. Veel van de voorgestelde maatregelen stuiten evenwel op uitvoeringstechnische problemen of budgetten. Nadere overleg en uitwerking hierover vindt derhalve nog plaats met de sociale partners.
- Oproepcontracten, zoals een nul-urencontract en een min-maxcontract, zijn niet meer mogelijk om af te spreken. Daarvoor in de plaats moet een basiscontract komen met tenminste een kwartaalurennorm (aan gegarandeerde arbeidsuren), waardoor het loon van een werknemer voorspelbaar is. Voor scholieren/studenten komt een uitzondering.
- Voorstel is ook om de mogelijkheid om de loondoorbetalingsplicht gedurende de eerste zes maanden van het dienstverband uit te sluiten, te laten vervallen, waarbij het wel de bedoeling is om voor scholieren/studenten een uitzondering te maken en ook voor uitzendcontracten.
- Er moet meer duidelijkheid komen over het rooster van de werknemer en wanneer werknemer kan worden opgeroepen. Dit is in het kader van de Europese Richtlijn Voorspelbare en Transparante Arbeidsvoorwaarden en de uitbreiding van de informatieplicht van de werkgever al actueel.
- De doorbrekingsregel van de ketenregeling komt te vervallen. Dat betekent dat het hanteren van een tussenperiode van 6 maanden en 1 dag tussen opvolgende contracten niet meer tot gevolg heeft dat opnieuw tijdelijke contracten kunnen worden aangeboden.
- Beperkingen voor uitzendovereenkomsten. Het is de bedoeling dat fase A nog maar maximaal 52 weken duurt en fase B maximaal 104 weken, zodat nog maar voor maximaal 3 jaar een tijdelijke uitzendovereenkomst kan worden afgesproken. Verder volgt de regering het MLT-advies dat er niet langer sprake zou moeten zijn van concurrentie op arbeidsvoorwaarden en dat er ten minste sprake moet zijn van gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden ten opzichte van werknemers die direct werken bij de inlener.
- Er komt een arbeidscommissie als laagdrempelige vorm van conflictbeslechting voor kwetsbare werknemers (denk aan arbeidsmigranten), zodat deze werknemers geen gerechtelijke procedure hoeven te starten.
- Een gelijk speelveld creëren voor ZZP’ers: o.a. AOV-verzekering verplichten, betere beoordeling arbeidsrelatie en aanpassing begrip ‘gezag’ en verbeteren van toezicht en handhaving op schijnzelfstandigheid.