Lammers | Thijssen Advocaten Arbeidsrecht

Uitspraak rechter: geen recht op thuiswerken voor werknemer

In een recente zaak bij de kantonrechter te Nijmegen verzocht een werknemer om thuis te mogen werken.

De feiten

De werknemer was sinds 1 februari 2017 in dienst in de functie van medewerkster commerciële binnendienst en service coördinator. In het begin van de ‘Corona-tijd’ werden alle werknemers door de werkgever verzocht om thuis te werken. Later, 11 april 2020, werden de werknemers verzocht weer naar het werk te komen en op kantoor de werkzaamheden te hervatten. Werknemer komt in eerste instantie wel naar het werk, maar vraagt de werkgever later om toch weer thuis te mogen werken, dit omdat er verscheiden mensen haar kantoor binnen komen lopen. Werkgever is akkoord met dien verstande dat werknemer wel naar kantoor moet komen als het noodzakelijk is.

 Op 6 mei 2020 vraagt de werkgever iedereen weer naar kantoor te komen en geeft aan de volgende maatregelen te hebben genomen:

· Iedereen wast zijn handen bij binnenkomst

· Iedereen ontsmet de deurklink van zijn/haar kantoor zelf dagelijks. Indien nodig vaker.

· Iedereen maakt dagelijks zijn eigen werkplek en kantoor schoon (ook na de crisis) voordat hij/zij naar huis gaat. Ook 1x per week afstoffen en stofzuigen. (…)

· Er zijn voldoende schoonmaak en ontstemmingsmiddelen aanwezig.

· Iedereen heeft zijn eigen werkplek met voldoende afstand tot elkaar. (…)

· De tafels en stoelen zijn anders opgesteld. Pauzeren kan door maximaal 4 personen tegelijk in de kantine en op de werkplek. Indien nodig lunchen we in 2 teams.

· Bespreken kan in de kantine.

· Er mag maar 1 persoon tegelijk in de keuken.

· Wij houden minimaal 1,5 meter afstand tot elkaar.

De werknemer wil uiteindelijk toch thuis blijven werken, zij voelt zich onveilig op het werk en kan haar werkzaamheden ook prima vanuit huis verrichten.  Werkgever en werknemer komen er samen niet uit.  De werknemer vordert daarom in kort geding op grond van Wet flexibel werken om thuis te mogen werken op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000,00 voor iedere dag dat VoC Grootkeukens hiermee in gebreke blijft, met een maximum van € 25.000,00. Als deze vordeirng niet zou worden toegewezen, vorderde de werknemer in ieder geval tot wijziging van de arbeidsplaats in die zin dat het haar werd toegestaan om tot 1 september 2020 thuis te werken, dit eveneens met een dwangsom.

Het oordeel van de rechter

Allereerst oordeelt de rechter, in reactie op het door de werkgever gevoerde verweer, dat inderdaad de Wet flexibel werken niet van toepassing is op werkgever omdat er sprake is van nog geen 10 werknemers. In die situatie geldt deze wet niet en daarom wordt de primaire vordering van de werknemer afgewezen.

Los van het voorgaande geeft de rechter ook aan dat niet aannemelijk is dat deze werkgever, de verplichtingen die voortvloeien uit goed werkgeverschap, haar instructiebevoegdheid en/of de zorgplicht zou hebben geschonden. De werkgever heeft gemotiveerd en onderbouwd naar voren gebracht dat zij in verband met de Coronacrisis meerdere maatregelen heeft genomen om een veilige werkplek te waarborgen.

Verder is het volgens de werkgever nodig dat er weer op kantoor wordt gewerkt, zeker in deze economisch spannende tijd voor haar. Zo moeten er pakketten worden aangenomen en bestellingen verwerkt en vervolgens verzonden worden. De korte lijnen zijn voor werkgever van belang en ook begeleidt werknemer een collega. Gelet op de werkdruk bij de twee directe collega’s van de werknemer, kunnen deze werkzaamheden niet alleen aan hen worden overgedragen. Bovendien zijn de werkzaamheden niet vooraf te plannen, omdat die voortkomen uit geplaatste bestellingen.

De kantonrechter was van oordeel dat de werkgever hiermee voldoende aannemelijk had gemaakt dat er (1) passende Corona-maatregelen genomen waren en aan de zorgplicht is voldaan en (2) het een redelijke instructie was om van werknemer te vragen op kantoor te komen werken.

De kantonrechter oordeelde ook nog specifiek het volgende over het advies van de overheid om zoveel mogelijk thuis te werken en de waarde die daaraan kan/moet worden gehecht in de arbeidsrelatie:

Het zeer algemeen geformuleerde overheidsadvies over zoveel mogelijk thuis werken grijpt niet zo ver in op deze specifieke rechtsverhouding dat [eiser] daaruit een ‘recht op thuis werken’ kan putten. Haar standpunt dat dit overheidsadvies de instructiebevoegdheid van VoC Grootkeukens inperkt en/of op grond van redelijkheid en billijkheid zonder meer door een goed werkgever moet worden gevolgd, houdt geen stand.

Kortom

Het is allereerst belangrijk voor werkgevers om te beoordelen of het noodzakelijk is dat een werknemer de werkzaamheden op kantoor hervat en dit aan werknemer te laten weten. Vervolgens moet de werkgever ervoor zorgdragen dat de werkplek veilig en Corona-proof is, zodat dit geen reden is om niet naar kantoor te hoeven komen voor een werknemer.

De volledige uitspraak kunt u hier lezen.

Wat is nu een Corona-proof kantoor?

In een eerder stadium heeft het normeringsinstituut NEN laten weten te werken aan normen voor de inrichting van werkplekken die coronaproof zijn. Deze normen zijn inmiddels gepubliceerd en gratis te downloaden. Het navolgen van de NEN-spec is niet verplicht. Voorlopig is hij zes maanden geldig en het NEN stelt hem te zullen actualiseren als er nieuwe inzichten of ontwikkelingen zijn.

Praktische tip

De NEN-spec 2:2020 versie 1.1 nl Ergonomie is gratis te downloaden op downloadsite van de NEN na het aanmaken van een gratis account.

Onder andere de volgende onderwerpen komen aan bod: