Aanvullend geboorteverlof
Met ingang van 1 juli 2020 geldt het aanvullend geboorteverlof. Het komt naast het standaard geboorteverlof en is bedoeld voor de partner van de vrouw die is bevallen. De regeling geeft de partner de mogelijkheid om extra verlof op te nemen voor een periode van minimaal 1 week en maximaal 5 weken.
De voorwaarden voor het aanvullend geboorteverlof luiden als volgt:
- het aanvullende verlof dient opgenomen te worden binnen 6 maanden na de geboorte van het kind.
- de werknemer dient eerst het standaard geboorteverlof van 5 dagen op te nemen en daarna heeft hij de mogelijkheid om het aanvullend geboorteverlof te benutten.
- Een werknemer kan alleen aanspraak maken op het aanvullend geboorteverlof als hij of zij in dienst is bij een werkgever en het kind geboren is na 1 juli 2020.
- Er dient sprake te zijn van een huwelijk, geregistreerd partnerschap of men dient samen te wonen met de moeder van het kind.
Het verlof hoeft niet aaneengesloten te worden opgenomen. Er kan bijvoorbeeld ook voor worden gekozen om het verlof per dag op te nemen en niet als een aaneengesloten periode van weken.
De kosten van het aanvullende verlof komen, in tegenstelling tot het standaard geboorteverlof, niet voor rekening van de werkgever. De uitkering die de werknemer ontvangt, wordt vergoed door het UWV. De werknemer krijgt in deze periode niet zijn volledige salaris doorbetaald, maar ontvangt een uitkering die gelijk is aan 70% van het maximum dagloon.
Als werkgever kun je een aanvraag voor het aanvullende geboorteverlof, mits die aan de hierboven genoemde voorwaarden voldoet, moeilijk weigeren. Wel zou de opname van het verlof in overleg dienen plaats te vinden. Indien er zwaarwegende bedrijfsbelangen bestaan als gevolg waarvan het verzoek van de werknemer ter zake het moment van opname van het aanvullende verlof niet gehonoreerd kan worden, dan kan de werkgever het verzoek op dit punt naar zijn hand zetten.